15 jun Nieuw oordeel UWV
Saskia (50, 2 kinderen) werkt parttime in de gehandicaptenzorg bij een organisatie waar ze veel mogelijkheden kreeg en een leuke functie voor zichzelf heeft gecreëerd. Dankzij een reorganisatie is de werkdruk zo hoog geworden dat ze zich ziek heeft moeten melden. Haar nieuwe manager, Renée, toont geen enkel begrip voor de situatie van Saskia.
Een procedure bij de rechtbank aanvragen is alleen mogelijk indien er een recent oordeel van het UWV is afgegeven. Dit betekent dus dat ik 3 tot 4 maanden zonder inkomen zit. Als de rechter zich in mijn nadeel uitspreekt, krijg ik het niet betaalde loon ook niet achteraf. Ik heb dus een financiële uitdaging, die ook mijn kinderen fors raakt. Ik ben ziek en kan dus niets doen om mijn financiële situatie te verbeteren. De strop wordt weer een stukje strakker getrokken.
Eigenlijk een oneerlijke situatie. Ik heb een oordeel van het UWV in mijn voordeel en kon hiermee niets beginnen tegen mijn werkgever. Dit terwijl mijn werkgever mij in de kern van mijn bestaan kan raken, zonder eerst een oordeel bij het UWV aan te vragen.
Ik vraag weer een oordeel aan bij het UWV. Mijn werkgever volgt mijn voorbeeld twee weken later. Voor de aanvraag van mijn werkgever word ik opgeroepen door een verzekeringsarts. We hebben een goed gesprek en de arts lijkt mijn verhaal te begrijpen. Ze zegt zelfs dat het nogal bedreigend is in mijn situatie, om naar een gesprek te gaan met 3 personen die tegen mij zijn. Aan het einde geeft ze aan dat ze mij geen vrijstelling van reïntegratie mag geven. Maar ze vind wel dat reïntegratie moet worden begeleid door een persoon van buiten de organisatie die volledig neutraal is. Ze wenst me heel veel sterkte.
Ik en mijn vriendin die met me mee is gegaan naar dit gesprek en hebben een goed gevoel over de uitslag.
Het oordeel
Dan word ik gebeld door de dame die het oordeel voor mijn werkgever afgeeft. Ze vertelt me dat ze alle begrip heeft voor de situatie en ziet dat er een arbeidsconflict is, waarin zij geen rol mogen spelen. Daarom wordt alleen bekeken of ik medisch gezien in staat was om naar het gesprek met mijn werkgever te gaan.
Aangezien ik niet aan bed gekluisterd ben, een psychose heb of in een instelling verblijf, ben ik medisch gezien in staat om te reïntegreren. Dat beaam ik. Echter, dan ben ik dus ook in staat om naar het gesprek te gaan volgens het UWV. Er mag namelijk niet beoordeeld worden of ik zieker zou zijn geworden door het gesprek. Het oordeel zal dus in mijn nadeel uitvallen. Dat voelt voor mij niet goed.
Er volgt een gesprek waarin de dame van het UWV meerdere malen aangeeft dat ze het echt heel erg vindt, dat ze geen andere uitslag kan geven. Ze moet zich aan de regels houden, maar ziet wel dat dit een verschrikkelijke situatie voor mij is. Zelf zou ze gestopt zijn met deze strijd en ontslag hebben genomen, zegt ze. Dit is niet goed voor mij en mijn gezin en dat zou toch voor moeten gaan. Dat ontslag nemen geen optie is als je ziek en kostwinner bent, begrijpt ze wel, nadat ik heb uitgelegd dat ik dan totaal zonder inkomen kom. “Het is echt heel erg voor u”, zegt ze.
Weer instorten
Het is weer tijd voor een emotionele rollercoaster. In eerste instantie ben ik na dit telefoontje eigenlijk heel erg rustig. Ik wist dat deze tijd niet gemakkelijk zou worden, maar de situatie met mijn werkgever maakt me zo ziek, dat ik geen andere keuze heb. Ik sta dus achter mijn beslissingen.
Maar mijn hoofd denkt daar anders over. De chaos in mijn hoofd is enorm, ik heb weer het gevoel dat mijn hoofd elk moment kan ontploffen en ik pieker de hele dag. Ook al weet ik dat deze uitslag niet het einde is, mijn gevoel van rechtvaardigheid heeft het er erg moeilijk mee. De avond na het telefoongesprek breng ik voor een groot deel huilend door.
Twee dagen lang wandel ik in mijn eentje kilometers door de bossen, om mijn hoofd tot rust te laten komen. Pas drie dagen later voel ik me weer enigszins beter.