13 apr Nieuwe bedrijfsartsen
Saskia (50, 2 kinderen) werkt parttime in de gehandicaptenzorg bij een organisatie waar ze veel mogelijkheden kreeg en een leuke functie voor zichzelf heeft gecreëerd. Dankzij een reorganisatie is de werkdruk zo hoog geworden dat ze zich ziek heeft moeten melden. Haar nieuwe manager, Renée, toont geen enkel begrip voor de situatie van Saskia.
Gelukkig ben ik lid van een vakbond. Een juridisch medewerker van de bond schrijft een brief aan mijn werkgever om aan te geven dat ik niet in staat ben om in T. te gaan werken en dat mijn gezondheid wederom verslechterd is. Daarnaast vraagt hij mijn werkgever om mediation aangezien uit het hele verhaal blijkt dat de communicatie tussen mijn werkgever en mij erg slecht is. Deze situatie zorgt ervoor dat ik niet kan reïntegreren en dat mijn klachten verergeren. Om te kunnen beoordelen hoe mijn situatie is, moet weer een gesprek met een bedrijfsarts plaatsvinden.
Afspraak met de bedrijfsarts
Vanaf 1 oktober is er een nieuw bedrijf dat de bedrijfsartsen levert voor mijn werkgever. Ik krijg echter een mail van Coby met daarin een telefonische afspraak met op 5 oktober van 10.00-10.20 uur met bedrijfsarts Z. Het verbaast me dat ik een afspraak heb met Z, maar ik zit op het aangewezen tijdstip braaf klaar, samen met een vriendin. Wachten op een telefoontje met zo’n moeilijke achtergrond is lastig, zelfs samen met een vriendin. De spanning loopt op naarmate de tijd verstrijkt en we kijken allebei steeds naar de telefoon of die al gaat. Maar om 10.30 is er nog steeds niet gebeld. Ik moet nu weer naar een andere afspraak en ren de deur uit. Het voelt niet goed dat er niet is gebeld, het maakt me heel erg onrustig. In mijn hoofd gaat van alles heen en weer: “heb ik dit nu weer fout gedaan; had ik moeten bellen?” Ik ben zo blij dat er mijn vriendin bij me was en heeft gezien dat er niet is gebeld.
Als ik die middag weer op mijn telefoon kijk, blijkt dat Z. me om 10.40 wel gebeld heeft. Op dat ogenblik stond mijn telefoon zacht, dus heb ik hem niet gehoord. Ik stuur een mail naar Coby en Renée om aan te geven dat ik voor niets heb zitten wachten. Renée mailt terug dat ze gaat uitzoeken wat er is gebeurd. Ze vindt het vreemd en vervelend dat dit is gebeurd.
Ik krijg een week later heel vroeg een telefoontje van het nieuwe bedrijf dat de bedrijfsartsen gaat leveren voor mijn werkgever. De dame die me belt is heel netjes en aardig aan de telefoon. Ze vertelt me dat ik om 13.00 uur een telefonische afspraak heb met Bedrijfsarts B. Hij zal mij bellen. Ik vraag haar of de arts nog een keer kan bellen indien ik niet opneem, omdat ik op dat moment mogelijk nog onderweg ben. Ze belooft me dat aan hem te vragen.
Nieuwe poging
Toevallig is er een vriendin bij me voordat de arts mij gaat bellen. Ook nu weer wacht ik met spanning. Alsof de duvel ermee speelt, er wordt weer niet gebeld. Ik wacht drie kwartier en bel dan de dame op die ik die ochtend gesproken heb. Zij vertelt me dat zij het ook niet snapt. De bedrijfsarts is onvindbaar en reageert niet op haar sms-berichten of apps. Die ochtend heeft ze de arts nog aan de telefoon gehad en hem persoonlijk gevraagd of hij nog een keer wilde bellen als ik niet op zou nemen. Ik mail Coby en Renée dat ik wederom niet gebeld ben door de arts. Deze situatie maakt me heel onzeker. Ik ben zo blij dat ik mijn vriendinnen in de buurt heb gehad op de tijdstippen dat ik gebeld zou worden. Ik kan nu in ieder geval bewijzen dat ik niet gebeld ben.
Coby antwoordt dat de arts de volgende dag gaat bellen op een tijdstip waarvan ik eerder heb aangegeven dat ik dan een medische afspraak heb. Ik geef dat nog een keer bij haar aan, maar er komt geen reactie meer. Ik zie dan ook dat de arts heeft gebeld op het moment dat ik bij mijn psycholoog ben. Ik heb een nieuwe psycholoog die gespecialiseerd is in burn-out. Zij geeft aan dat ik een flinke burn-out heb en adviseert me om heel rustig aan te gaan reïntegreren. Het liefst 3 keer een half uur per week op een rustige groep. Ik zou dan met kleine lichte taken kunnen beginnen.
De bedrijfsarts B. belt later rond het avondeten nog een keer. Ik geef aan dat mijn eten bijna klaar is, dus dat ik niet veel tijd heb. De arts gaat wel verder met het gesprek. Hij geeft aan dat hij op het punt staat om op vakantie te gaan, maar nog wel een verslagje maakt over het gesprek en aan mij zal mailen. De arts lijkt betrokken te zijn en te begrijpen hoe de situatie is. Hij kan zich vinden in het advies van mijn psycholoog. Daarnaast denkt hij dat het belangrijk is om met mediation te starten. Dit zal hij ook aan mijn werkgever doorgeven. Het eten is koud tegen de tijd dat hij ophangt.
Een verslag van dit gesprek komt er nooit meer.